top of page

Professionaliseringsverslag

Tineke Dantuma
Akke Lindeboom
Marissa

A)   Mijn functioneren in de praktijk

Op dit moment doe ik veel verschillende activiteiten / projecten binnen de Waadwente. Elke dinsdagmiddag organiseer ik samen met de fysiotherapeut wille en fit. Wille en fit is een soort sport en spel activiteit voor de ouderen. Ze werken aan hun fijne en grove motoriek en aan simpele bewegingen zoals het gooien en vangen van ballen. Je stimuleert de ouderen om te bewegen op een ‘speelse’ manier. Naar deze activiteit kijk ik altijd het meest naar uit. Je bent op een hele andere manier bezig met de ouderen en je stimuleert en motiveert ze om zo goed mogelijk naar hun kunnen mee te doen. Je merkt dat de ene oudere veel meer kan dan de andere en het is juist de uitdaging om ervoor te zorgen dat iedereen de activiteit kan uitvoeren.

         Op woensdagochtend organiseer ik samen met Gea en Cathie de mannenochtend. De mannenochtend is voor elke mannelijke oudere van de verdiepingen Somatiek en PG. We doen tijdens de mannenochtend verschillende activiteiten zoals quizzen, gezegden / spreuken, kranten, enz. We proberen tijdens deze activiteiten iedereen erbij te betrekken en het op zo’n manier te brengen dat iedereen er wat aan heeft en het leuk vond. We evalueren na elke mannenochtend van wat is er opgevallen en wat kan er de volgende keer beter. Ook de combinatie tussen Somatiek en PG is interessant om te observeren. Hier kun je vele interessante dingen uithalen en gebruiken voor de volgende keer of later in je carrière.

         Ook spendeer ik elke week tijd op de afdeling psychogeriatrie. Dit is voor mij zeker een uitdaging omdat deze ouderen geestelijk niet in orde zijn. Mijn hulp bij deze ouderen wordt zeer gewaardeerd, aangezien de verzorgende kant vaak niet tijd genoeg heeft om er voor te zorgen dat ze ‘zen’ blijven of om bijvoorbeeld activiteiten te doen. Het is belangrijk dat je de tijd neemt voor ze en de juiste ondersteuning biedt. Je moet vooral keuzes maken van hoe je gaat reageren op bepaalde situaties die zich voor doen of voor zouden kunnen doen. Hoe reageer je precies op een oudere die boos wordt op jezelf of op een andere cliënt. Het werken op de PG is heel onvoorspelbaar, je weet niet wat er gaat gebeuren en door een bepaalde gebeurtenis of handeling kan de sfeer zomaar omslaan. Hoe speel je hierop in en hoe ga je als hulpverlener handelen in deze situaties wil ik graag leren binnen de PG. Wat me wel is opgevallen is dat je het soms niet altijd even serieus moet nemen en dat negeren heel belangrijk is. Als je op alles ingaat wat de cliënt zegt, wordt het alleen maar erger en kom je niet meer aan de taken toe die je zou moeten doen. Negeren is een kunst en vrij lastig, want je wilt juist die ouderen helpen en ondersteunen maar dat kan soms gewoon niet omdat je aan de hele groep moet denken en niet alleen aan het individu. Negeren is hard, maar wel nodig.

         Het wensballenproject is een project waar ik op dit moment mee bezig ben met Gea. Dit is een project waarbij we wensen van de bewoners van de Waadwente uit willen laten komen. Dit kan bijvoorbeeld een dagje naar Lauwersoog, een dagdeel naar huis of naar het graf van een familielid. Voor het vervullen van een wens moet nog al wat geregeld worden, zoals de medicatie, vervoer, familie, begeleiding, kostenplaatje, enz. Het neemt veel tijd in beslag, maar het is ontzettend leerzaam.

         Ik merk aan mezelf hoe langer ik hier ben hoe meer ik me thuis voel en ook hoe meer ik zelfstandig dingen aandurf en voorstel. Ik merk aan mezelf dat ik me steeds meer en verder open stel tegen over de collega’s en cliënten. Dit is ook te merken want ik krijg vaak terug van de collega’s dat ik opener wordt en dat ze mij wel zien als een toekomstige hulpverlener. Wanneer ik dit terug krijg van collega’s weet ik vaak niet wat ik moet zeggen, maar word er wel heel blij van. Ze waarderen mijn functioneren en laten dit ook merken. Dit geeft mezelf een goed en fijn gevoel waardoor ik nog meer mijn best wil doen.       

B)   De activiteiten die je hebt ondernomen om je eigen professionaliteit te versterken (volgen van lessen, lezen van extra literatuur, volgen van een cursus, een netwerkgesprek voeren, etc)

Vanuit school krijgen we vele lessen aangeboden die aansluiten op de praktijk. In het practicum communicatie krijgen we vele tips, manieren en voorbeelden die kunnen helpen bij het voeren van hulpverleningsgesprekken. In een van de practicums kwam het slechtnieuwsgesprek naar voren. Hoe pak je dit aan en op welke manier ga je het brengen. Aan deze tips heb ik veel gehad. Op het dagcentrum zijn er onlangs weer twee cliënten overleden. Het was mijn taak om aan de groep te vertellen dat dhr. R. reeds is overleden.  Ik had hiervoor nog niet eerder een slechtnieuwsgesprek gevoerd of zo’n mededeling aan de groep gegeven. Het practicum communicatie was zeer waardevol en heeft me geholpen om dit slechte nieuws te vertellen aan de andere cliënten. De reacties van de cliënten zijn verschillend de een maakt een grapje en de andere heeft het er erg moeilijk mee. Dit was voor mij een leerzaam moment, aangezien het voeren van slechtnieuwsgesprekken vaker voorkomt in mijn toekomstige werk als hulpverlener.

         Op dit moment ben ik druk bezig met het volgen van de cursus RSD. Dit is een cursus gebaseerd op zelfverdediging. Op welke manier ga je om met geweld wanneer je aan het werk bent. In vele doelgroepen waarin we later kunnen werken vindt geweld plaats. In de ene doelgroep meer dan de andere. Hoe ga je hier mee om en hoe kan je je op een legale manier verweren tegen over een cliënt? Dit leren wij binnen deze cursus. Tot nu toe heb ik al veel trucjes geleerd om mezelf te verdedigen binnen de wetgeving. Ook leer je hierdoor steviger in je schoenen te staan, wat bij bepaalde doelgroepen nodig is. Mijn zelfvertrouwen groeit ook door de cursus. Je wordt steeds zekerder van je eigen handen en straalt daardoor meer zelfvertrouwen uit.

         In de afgelopen tijd heb ik meerdere netwerkgesprekken gevoerd met onder andere professionals, vrienden en collega’s. Tijdens deze netwerkgesprekken gaat het vooral over wat wil ik later en welke kant wil ik op tijdens deze opleiding en verder. Ik zat vooral in over minors van jaar 3. Met welke minor kom ik het verst en past het beste bij mij. Het was een lastige keuze, maar dankzij het bespreekbaar te maken en mijn twijfels op tafel te gooien, ben ik er uiteindelijk uitgekomen. Netwerkgesprekken helpen mij vooral in de keuzes voor later. Op dit moment zit ik na te denken over het verder studeren na deze opleiding. Ik praat met meerdere mensen hierover en deze mensen vinden het allemaal goede keuze van mij om verder te studeren. Maar nu is de vraag welke opleiding past bij mij. Om dit uit te vogelen heb ik steun van anderen nodig en hulp bij het maken van mijn keuzes. Ik ben een echte twijfelaar en daarom heb ik vooral steun nodig van mensen die dicht bij me staan, die me kennen en ongeveer weten wat bij mij past.

         Aangezien ik meer tijd doorbreng op de afdeling PG vond ik het verstandig om me te verdiepen in de methoden die ze op de PG afdeling gebruiken. Ik heb me vooral verdiept in de ROT-methode en de Validation methode. De informatie heb ik uit het boek methoden voor SPH gehaald.

 

C)   Wat de belangrijkste conclusies zijn die je trekt uit de 360° beoordeling.

De teruggekregen feedback van mijn begeleiders van het dagcentrum was goed. Ik ben bij veel punten omhoog gegaan en ze zien me ook daadwerkelijk groeien als hulpverlener. Ik kruip steeds meer uit mijn schulp en stel mij opener op. Hoe langer ik op het dagcentrum ben, hoe meer ik met mijn eigen ideeën kwam en ze ook ging uitvoeren. Ik vind het nu leuk om de leiding te geven en ben niet meer bang om te ‘falen’. Ik wil het persoonlijk graag goed doen en wil liever niet dat ik fout ga handelen. Door een goed gesprek met Gea, weet ik dat ik mag falen en dat ik hier ook maar ben om te leren. Ik wil graag alles meteen goed doen en het beste laten zien, maar ik mag ook fouten maken, want ik ben hier immers om te leren. Ik ben zelf wel wat perfectionistisch en wil daarom ook dat alles goed gaat. Dit moet ik een beetje gaan loslaten en gaan accepteren dat ik fouten mag maken. Dit is een proces waarmee ik de laatste tijd erg mee bezig ben. Terug komend op mijn handelen in de praktijk, vinden de begeleiders dat ik een goede band heb opgebouwd met meerdere bezoekers op het dagcentrum. Door die band kan ik ze beter motiveren voor activiteiten en vragen ze ook vaker aan mij of ik ook wat leuks wil organiseren. Wat Tineke vooral heel goed vindt, is dat ik rustig blijf in situaties. Laatst belde de man van een bezoeker van het dagcentrum boos op. Ik nam de telefoon op aangezien Tineke er even niet was. De man was boos en reageerde dit af op mij via de telefoon. Hij gaf aan hoe slecht het wel niet allemaal was en dat het zo echt niet langer meer kon. Ik probeerde in eerste instantie vooral rustig te blijven en er voor te zorgen dat die man ook wat rustiger werd. Dit deed ik door te zeggen dat het heel vervelend is en dat we er aan gaan werken. Toen Tineke even later weer terug kwam, nam zij de telefoon over. Tineke vond dat ik juist had gehandeld en ze vond dat dat wel een compliment waard was.

         Een paar weken geleden had ik een gesprek met Irene over mijn functioneren binnen de Waadwente. Zij vond dat ik steeds beter ging functioneren en ook veel zelfverzekerder en opener door de gangen loop. Ouderen zoeken daadwerkelijk toenadering naar mij volgens Irene, omdat ik er uitnodigend uitzie, de drempel is niet hoog. Ook zei Irene dat ze vindt dat ik steeds meer op een goede hulpverlener ga lijken. Op dat moment wist ik niet goed wat ik moest zeggen. Het is nogal overweldigend als je zoiets krijgt te horen. Ik was er wel ontzettend blij mee en kreeg het gevoel dat mijn werk ook echt werd gewaardeerd.

         Waar ik nog wel echt mee bezig moet is het onderbouwen van mijn eigen handelen. Ik weet zelf wel waarom ik kies voor mijn gemaakte keuzes en mijn handelen, maar nu moet ik het nog goed kunnen verwoorden. Hier wil ik vooral mee aan de gang. Ik wil leren hoe ik mijn handelen beter kan onderbouwen, zodat andere mensen weten wat ik precies doe en ook op welke manier ik het doe. Deze informatie kan ik delen en andere mensen kunnen hier misschien wat van opsteken. Door het te hebben over je handelen en dat van anderen en dit te onderbouwen, wat ook gebeurt in de interventies met het MBO, zorgt voor veel informatie die je later weer kan toepassen in de praktijk. Ik moet mijn eigen handelen meer bespreekbaar maken en hier wil ik komend moduul meer aandacht aan besteden.

 

D)  Wat de voortgang is mbt de gemaakte afspraken mbt taken en verantwoordelijkheden

Een paar weken terug heb ik een gesprek gehad met Irene die aangaf dat mijn tijd op het dagcentrum voor het grootste gedeelte erop zat. Het is tijd om me verder te ontwikkelen binnen de organisatie en als hulpverlener. Ik krijg meer taken en verantwoordelijkheden binnen de organisatie. Ik heb een hele nieuwe dagindeling gekregen qua taken, wat zorgt voor veel afwisseling. Afwisseling in mijn praktijkleren vind ik heel belangrijk. Ik merkte dat ik het wat saai begon te vinden binnen het dagcentrum en dat de uitdaging er niet meer is. Alleen dinsdagochtend zit ik nog op het dagcentrum. Daarnaast organiseer ik samen met de fysiotherapeut Wille & Fit en organiseer ik ook de mannenochtend samen met Gea en Cathie. In deze twee activiteiten kan ik veel creativiteit inleggen en vernieuwingen aanbrengen. Daarnaast werk ik samen met Gea aan het wensballenproject. Dit wensballenproject moeten we grotendeels alleen uitvoeren, wat veel verantwoordelijkheid met zich meebrengt. Het krijgen van meer taken en het uitvoeren van de afspraken die je hebt gemaakt is een hele nieuwe uitdaging voor mij waar ik hoop veel nieuwe en interessante dingen uit kan halen.

 

E)   Wat de voortgang is mbt het coaching vraagstuk, intervisie en je coaching opdracht

Mijn coaching vraagstuk ging over mijn cirkel van invloed. Ik merk dat mijn cirkel zo veel groter is dan aan het begin en dat de cirkel binnen de Waadwente bijna al volgroeid is. Er komen steeds meer uitdagingen aan en de mogelijkheden zijn vrij groot. Ik had nooit kunnen denken dat ik met een fysiotherapeut zou werken en haar taken over zou kunnen nemen.

         Mijn coaching opdracht ging over het kijken naar mogelijkheden binnen en buiten het dagcentrum. Ik heb ontdekt wat de mogelijkheden binnen het dagcentrum zijn en ben hier het afgelopen moduul mee bezig geweest. Op dit moment richt ik mij vooral op de mogelijkheden buiten het dagcentrum. Ik ben veel mogelijkheden aan het uitproberen en daarbij kijk ik dan naar wat ik precies uit deze nieuwe mogelijkheden kan halen. Door jezelf te verdiepen in de mogelijkheden die een organisatie biedt, open je je ogen meer en kijk je niet meer naar kleine dingen, maar naar het geheel.

         De intervisies die we hebben uitgevoerd met het MBO vond ik leerzaam. Je bekijkt het vak nu ook vanuit hun kant en je ziet nu ook waar zij tegen aanlopen. Zij leren niet alleen van ons, maar wij leren ook van hun. Het delen van ervaringen en het hierop verder gaan, geeft je nieuwe informatie en inzichten. Het kan ook jezelf helpen als je in een bijvoorbeeld soortgelijke situatie terecht komt. Je weet nu op welke manier je het beste kan handelen.

 

F)   Wat de voortgang is mbt het Halen en Brengen binnen de praktijkplek

Ik heb al veel verschillende dingen geleerd binnen mijn praktijkplek. Ik merk dat ik groei en zelfverzekerder wordt binnen deze plek. Ik durf meer uitdagingen aan en neem ook meer de verantwoordelijkheid. Wat ik op dit moment nog wil halen is het echt samenwerken met veel verschillende professionals. Ik werk de laatste tijd direct samen met de fysiotherapeut, psycholoog, management, verplegers en welzijnswerkers. Hiervoor werkte ik alleen maar met verplegers en welzijnswerkers. Wat ik ook nog echt wil halen binnen deze plek is het omgaan met onverwachte en complexe situaties. Op welke manier reageer ik hier op en wat voor effect heeft die reactie op de cliënt(en). Op de PG kunnen vaak complexe situaties ontstaan waarin je direct moet reageren, maar je wel goed moet nadenken voordat je daadwerkelijk gaat handelen. De situaties kan door je handelen ook juist uit de hand lopen omdat er druk op de cliënt of cliëntgroep komt. Welke keuze ga je maken, wel in grijpen of niet, op welke manier ga je ingrijpen als hulpverlener en wat voor effecten kan dit ingrijpen hebben? Je weet van te voren niet of de reactie op die situatie juist is, het is een inschatting die je maakt op de kennis van de cliënt, cliëntgroep en de omstandigheden van de situatie.

         Ik merk aan de verplegers dat de werkdruk soms heel hoog ligt en dat ze vaak geen / tot weinig tijd  hebben voor de cliënten zelf. De cliënten vinden het namelijk fijn als er wat meer aandacht aan ze wordt gegeven en dat er een praatje met ze wordt gemaakt. Hier hoop ik een rol in te kunnen vervullen. Door te praten met de cliënten en ze aandacht te geven hoop ik het gevoel van sociaal maatschappelijke betrokkenheid te vergroten.

 

G)  Welke nieuwe ideeen je in de afgelopen periode en aan de hand van je SWOT analyse hebt gekregen om te ‘Brengen’. Voor welke nieuwe diensten, clienten, samenwerkingsverbanden, etc. zou jij je willen inspannen?

Zoals ik hier boven al heb genoemd werken de zorgmedewerkers onder een hoge druk en hebben ze alleen maar tijd voor het stukje zorg en niet voor het stukje welzijn. Het stukje welzijn is wel heel belangrijk voor de cliënt. Ik wil dus graag het stukje welzijn meer aan de orde brengen. Veel cliënten voelen zich eenzaam in een verpleeghuis of krijgen niet veel aandacht. Dat beetje extra om even de tijd voor de cliënten te nemen doen hun veel. De cliënten missen vaak het stukje persoonlijk contact met de medewerkers. Het liefst wil ik dat er meer mensen op de werkvloer komen om ook het stukje welzijn mee te nemen. Helaas zal dit niet gebeuren en moet je roeien met de riemen die je hebt. Ik wil graag een mogelijk oplossing aanbieden aan de zorgmedewerkers dat ze niet alleen zorg bieden maar ook het stukje welzijn.

         Ik wil me graag inspannen voor de wensen van de cliënten en andere activiteiten. Er zijn veel activiteiten die je kan doen om er voor te zorgen dat de cliënten een fijne middag beleven door bijvoorbeeld een belevingsdienst voor PG te organiseren of een high tea voor de hele afdeling. Hierdoor komen de bewoners ook in contact met andere bewoners en kunnen ze nieuwe contacten op doen. Waar ik me ook voor wil in gaan spannen is het samenwerken met de psycholoog. Het lijkt me interessant om te luisteren naar hoe hij een situatie ervaart en hoe hij uitlegt hoe je het best kan handelen. Ik denk dat ik veel van hem kan leren en me kan helpen bij het juist handelen in mogelijke complexe situaties met bepaalde cliënten.

© 2016 by Marissa Schregardus. Proudly created with Wix.com

bottom of page